Korte geschiedenis van Baeten’s schoenfabriek.
1918
Het begon in november 1918. De 3 gebroeders Baeten, Piet, Toon en Jan, looiers van beroep kochten het schoen en laarzenmakersbedrijf van wijlen Martinus (M.C.Th.) Schrauwen in Gilze.Op de 20 november 1918 bij een publieke verkoop om elf uur in koffiehuis / herberg van Adrianus Raaijmakers in Gilze werden ze eigenaar van de looierij en schoenmakerij van Schrauwen. De gebouwen die ze kochten in de Kerkstraat in Gilze staan op onderstaande foto uit 1907:
De schoenmakerij , gelegen achter de looierij, is aangeduid met een pijl. Piet gaat de schoenfabriek doen in Gilze, Toon en Jan blijven looien in Alphen.De inrichting bestond uit een stans, wals, zetmachine voor laarzen en een stikmachine. In de schoenfabriek werkten drie mannen en een vrouw als stikster die het werk moesten voorbereiden voor de twaalf thuiswerkers. De thuiswerkers maakten handmatig van de aangeleverde “onderdelen” schoenen of laarzen, dus door het bovenwerk (de schacht) op de leest te zetten, die vervolgens met de hand te zwikken en dan de zool en de hak aan te brengen.De productie bedroeg ongeveer 70 paar per week verdeeld over de volgende producten. De rozetlaars, de gezette laars, de sneeuwschoen en de sokschoen.
1926
De gebroeders Baeten wilde een grotere en moderne fabriek met minder handwerk en meer mechanisatie. De reden van deze nieuwbouw was ook omdat de fabriek in Gilze oud en bouwvallig is en de manier waarop schoenen werden gemaakt niet meer rendabel was. De fabriek wordt in 1926 gebouwd in Alphen, bij hun bestaande looierij, aan wat dan nog de Kerkstraat heet, met postadres A66. In oktober 1926 start de produktie en worden de eerste 2 medewerkers aangenomen.De naam van de firma blijft tot 1940 onveranderd Firma Schrauwen. De naam werd aangehouden, omdat Firma Schrauwen een zeer goede naam had, tot zelfs in het buitenland.
Op de achtergrond het fabrieksgebouw met 3 sheddaken (foto uit ca 1936)
Onderhanden werk, het imposante drijfwerk voor aandrijving van de machines, boven het bordje “ Verboden te Roken” en middenvoor zit Piet. De foto is genomen tussen 1930 en 1940.
Deze fabriek was in de beginjaren de enige fabriek in Alphen, waar mensen in gedeelde arbeid konden werken, en gaf ook toen aan enkele thuiswerkers de mogelijkheid thuis stikwerk te doen. De afmeting van de fabriek was 13 m x 19.90 m en eind jaren ’30 werkte er 38 mensen.
1940
Op woensdag 24 januari 1940 slaat het noodlot toe, ’s avonds om 9 uur brandt de gehele fabriek tot de grond toe af. De oorzaak van de brand zal naar verluid hebben gelegen in de kachel die zorgde voor de verwarming. Er was geen bluswater vanwege de vorst.Het aannemersbedrijf firma Joh. Appels, Boomstraat 136 uit Tilburg start voortvarend, in de 2e helft van maart, met de nieuwbouw. Op 9 april 1940 wordt er vergunning verleend tot het bouwen van een Schoenfabriek aan de Baarleseweg 2.
De fabriek is op 14 september 1940 ingezegend en was de productie al op gang. Ook in 1940 wijzigt de naam van het bedrijf in Baeten’s schoenfabriek.De schoenen die er gemaakt werden waren voor de volgende klanten: Koninklijk Nederlandsch Indisch Leger in Indonesië, Marine, Landmacht, Politie, Brandweer en vele bedrijven voor werkschoenen en veiligheidsschoenen. Daarnaast herenschoenen voor de gewone consument. In de topjaren direct aansluitend aan de oorlog waren er 60 mensen in dienst en werden er tot 60.000 paar schoenen per jaar gemaakt. Ook toen al was de overheid als klant zeer wispelturig, vooral de Landmacht .Productie methodes moesten naar hun zin zijn. Midden jaren ’50 wilde de overheid alleen nog schoenen gemaakt volgens het “ Goodyear” principe. Machines hiervoor werden aangeschaft. Maar begin jaren ’60 gingen alle orders naar het buitenland , België en Duitsland. En ze wilde vanaf toen gevulcaniseerde zolen onder de schoenen. Een grote investering, en voor hoe lang?? In 1952 en 1958 stond de firma met een stand op de Jaarbeurs in Utrecht voor promotie van hun schoenen.
Vanaf 1947 tot begin jaren ’60 was er jaarlijks een personeelsuitstapje. Het reisdoel werd door de medewerkers vastgesteld en veel mensen namen er aan deel. Oud medewerkers vertellen er nog met plezier over.
1957 kwam het verdrag van Rome (EU) wat resulteerde in open grenzen hetgeen begin jaren ’60 voelbaar werd. Dus import uit goedkope lonenlanden kwam op gang. Ook loonsverhogingen kwamen in die tijd op gang mbv vakbonden. In Limburg werd er een grote schoenfabriek opgezet door de overheid voor de W.I.M. ( Werkplaats Invalide Mijnwerkers). Dit gaf zeer oneerlijke concurrentie.Heel veel schoenfabrieken gingen sluiten en Baeten’s schoenfabriek koos voor een vrijwillige liquidatie. Op 20 april 1979 verlaten de 3 laatste medewerkers het bedrijf en komt er na 61 jaar schoenen produceren een einde aan deze eens bloeiende activiteit in het hart van Alphen.
Deze korte historie is geschreven door Dries Baeten
Zie ook artikel in Ons weekblad